Het juist instellen van je belichting is één van de belangrijkste dingen bij het maken van een goede foto. Waarom? Lichtinval zorgt voor de juiste kleuren, sfeer en scherpte in jouw foto’s. Daarom is het extra belangrijk dat je weet hoe je de belichting van jouw fototoestel op de juiste manier instelt. Onderstaande tips helpen je op weg. 

Diafragma

Diafragma kun je vergelijken met je ogen. Wanneer je pupillen in je ogen groter worden valt er meer licht naar binnen. Zo werkt het ook bij diafragma. Hoe groter de opening, des te meer licht valt er op de sensor van je toestel. Hoe groter de opening, des te lager het diafragmagetal. De opening heeft daarnaast ook invloed op het beeld op de foto. Door een grote diafragma-opening te gebruiken krijg je een vagere achtergrond. Hierdoor kun je experimenteren met bokeh op je foto’s. 

Sluitertijd

De sluitertijd bepaalt hoe lang er licht op de sensor valt. Sluitertijd helpt je daardoor om de juiste belichting in je foto’s te krijgen. Door simpelweg de sluiter langer open te houden, zorg je voor meer licht in de foto. Daardoor kun je zelfs midden in de nacht nog duidelijke foto’s maken. Denk bijvoorbeeld aan het fotograferen van sterren of aan het maken van nachtfoto’s van de stad. Ga je experimenteren met de sluitertijd? Houd dan altijd een statief bij de hand. Daarmee voorkom je dat je fototoestel beweegt tijdens het fotograferen. 

Tip: met sluitertijd kun je een beweging ook bevriezen of juist laten vervagen. Daardoor is sluitertijd de ideale manier om foto’s te maken met een ‘zachte’ uitstraling. Hiermee bedoelen we dat je bijvoorbeeld autolichten van rijdende auto’s als een streep op je foto kunt fotograferen. Het is ook erg handig voor het fotograferen van water omdat je zo het dynamische van stromend water beter kunt weergeven op de foto.

ISO

Ondanks dat ISO-waardes super handig zijn om je te helpen met belichting, worden ze door weinig hobbyfotografen actief ingesteld. Dat is zonde! Het is niet voor niets dat zelfs de smartphone fabrikanten tegenwoordig de functie hebben ingebouwd op het fototoestel. Met ISO bepaal je de lichtgevoeligheid. Lichtgevoeligheid legt de functie eigenlijk meteen uit. Het geeft aan hoe gevoelig jouw toestel reageert op het licht. Door de ISO-waarde hoger te zetten krijg je meer lichtgevoeligheid en worden de foto’s lichter. Ideaal voor wanneer je op een warme en schemerige zomeravond nog wat foto’s maakt. Let echter wel op dat je de ISO-waarde niet te hoog zet. Een te hoge ISO-waarde zorgt voor ruis op je foto. 

Lees alles over ISO-waarde in dit uitgebreide blog. 

Belichtingsdriehoek

De instellingen die je hierboven ziet vormen samen de belichtingsdriehoek. Vind je het lastig om de juiste lichtinval op je toestel te vinden? Dan is dit hét perfecte hulpmiddel om je te helpen. Sterker nog: het is een echte aanrader om de belichtingsdriehoek als hulpmiddel uit te printen en mee te nemen bij het fotograferen. Op deze manier weet jij precies aan welke knoppen je moet draaien voor meer of minder licht. Genoeg licht, maar iets te veel ruis? ISO lager, diafragma opening groter. Te veel licht? Sluitertijd wat lager. Op deze manier kun je op een perfecte manier experimenteren met de belichtingsdriehoek. 

A of P, M, Av of A, Tv of S, wat moet ik daar nu weer mee?

Er bestaat vaak verwarring over deze instellingen. Eigenlijk alle spiegelreflex toestellen bieden de mogelijkheid om de sluitertijd, diafragma en belichting automatisch of zelf in te stellen. Hieronder een uitleg van deze vier functies:

  • A of P: deze knop geeft aan dat alles automatisch staat. Je kunt gewoon lekker wegschieten met je toestel en je toestel zoekt de juiste diafragma en sluitertijd. Door aan het wieltje van je toestel te draaien kun je alsnog de diafragma of de sluitertijd wat aanpassen mocht je dit willen. Hierdoor ben je niet helemaal afhankelijk van wat je toestel als instelling kiest. 
  • Av of A: hierbij kies je zelf het diafragma. De rest kiest je toestel automatisch zelf. Deze instelling is overigens perfect voor het fotograferen van weinig scherptediepte ofwel een bokeh.  
  • Tv of S: hiermee bepaal je zelf de sluitertijd. De rest past je toestel automatisch zelf aan. 
  • M: ofwel manual. De naam zegt het al; jij bent de baas. Stel je toestel helemaal zelf in, maar zorg wel dat je er de tijd voor hebt. Gebruik de belichtingsmeter op je fototoestel om er zeker van te zijn dat de belichting goed is (of experimenteer bewust met een “verkeerde” belichting om wat creatieve effecten te creëren, zoals lens flare). 

Andere belichtingsmethoden

Naast bovengenoemde (standaard)opties zijn er ook andere mogelijkheden om meer licht op de lens te laten vallen. Bedenk bijvoorbeeld dat het niet altijd door het licht hoeft te komen dat een foto een verkeerde kleur lijkt te hebben. Ook witbalans helpt je om een lichtere of donkerdere kleur in je foto’s te krijgen. Verder zijn er ook opties als simpelweg zorgen dat er meer licht in de omgeving is door middel van lampen. Je kunt natuurlijk ook de flitser gebruiken. Toch kiezen veel fotografen hier liever niet voor, omdat het vaak resulteert in een minder mooie foto, doordat het licht over het algemeen vrij hard van kleur is. 

Belichting is allesbepalend voor een goede foto. Neem daarom de tijd en verdiep je in de instellingen. Je foto’s worden er absoluut beter van. De tijd nemen – die regel geldt eigenlijk ook voor het ontwerpen van jouw CEWE vakantiefotoboek. Heb jij je foto’s al verzameld voor jouw vakantiefotoboek voor 2019? Maak het jezelf gemakkelijk en ga aan de slag met ontwerpen!